De kunstenaars hebben op het Lichtplein, een half open plein tussen de Witte Dame en Philips-gebouwen, een constructie opgebouwd uit vierkante, houten frames die steeds iets gedraaid zijn ten opzichte van elkaar. Om dit skelet is een dun doek gespannen, dat van de buitenzijde aangelicht wordt. Het licht is niet alleen bepalend voor het uiterlijk van het werk, maar ook voor de verlichting en sfeer in het interieur.
Het publiek wordt uitgenodigd over een houten brug te lopen die door de constructie voert om zo het licht en de ruimte op zich in te laten werken. In de structuur klinkt
een geluidscompositie van Andreas Pasieka. De bewegingen van bezoekers en de drukte in de constructie worden door sensoren geregistreerd en be”invloeden het licht- en geluidspatroon.